Falcon regenkleding
Aan de Valkenweg in Amsterdam-Noord stond vanaf 1909 de fabriek van Hollandia-Kattenburg. Die maakte waterdichte regenkleding van ‘gummi’, een soort rubber. Het was een Britse uitvinding. De merknamen waren Big-Ben en Falcon. De fabriek was het eigendom van de familie Kattenburg.
Een ‘Sperre” voor het joodse personeel en hun gezinnen
In 1940 werkten er 740 mensen bij Hollandia-Kattenburg. Ongeveer de helft daarvan was joods. De joodse familie Kattenburg had de leiding. Daarom gaf de directeur de leiding in 1940 over aan niet-joodse leiding. Misschien namen de Duitsers de fabriek dan niet over.
Maar zo ging het niet. Hollandia werd toch door de Duitsers overgenomen. Er werd een Duitse bewindvoerder aangesteld. Zolang het bedrijf regenkleding maakte voor het Duitse leger, was iedereen veilig. De joodse werknemers en hun gezinnen waren dan vrijgesteld van transport naar Duitsland.
Nederland ‘leverde’ te weinig joden
Het ging anders. In Nederland was de SS-er Rauter verantwoordelijk voor de deportatie van joden. De regering in Berlijn vond dat hij meer joden op transport moest stellen. Bij een razzia in de fabriek werden toen de 367 joodse personeelsleden gescheiden van het andere personeel. De gearresteerden en hun gezinnen werden op 11 november 1942 gedeporteerd naar Auschwitz en daar vermoord. In totaal kwamen 812 vrouwen, mannen en kinderen niet terug. Slechts 8 van de gedeporteerde mannen overleefden de kampen.
Na de oorlog
Jacques Kattenburg en zijn vrouw overleefden de oorlog. Hij zat bijna twee jaar in Westerbork waar hij een kledingbedrijf opzette. In april 1945 maakte Jacques de bevrijding van Westerbork mee. Twee jaar later, op 70-jarige leeftijd, droeg hij de leiding van het bedrijf over aan zijn zoon en in november 1947 overleed Jacques Kattenburg. De zijdeur waardoor het personeel werd afgevoerd door de Duitsers, is na de oorlog dichtgemetseld.
Herdenking 11 november bij het IJ-plein
Elk jaar worden op 11 november de slachtoffers herdacht bij een monument aan het Holandia Kateenburgpad bij het IJ-plein, . Daar stond vroeger de fabriek. Op het monument is een plaquette geplaatst waarop alle 359 namen van de omgekomen joodse werknemers staan.