Gezicht vanaf de Nieuwe Stadsherberg naar het Tolhuis aan de overzijde van het IJ. De Nieuwe Stadsherberg lag buiten de palenrij die ’s nachts werd afgesloten door in de toegangsopeningen drijvende bomen te plaatsen. Ook de brug naar de Stadsherberg werd dan dor een valluik ontoegankelijk. Het overzetveer naar Buiksloot was een van de veerdiensten die bij de stadsherberg aankwamen en vertrokken. De voorstelling werd in de gedrukte Dreesmann-catalogus ten onrechte omschreven als een Gezicht op het IJ van af de Nieuwe Brug met het Paalhuisje. Het kleine huisje bij de Stadsherberg was het kantoortje van de commissaris van het veer.
Voortekening voor een prent uit 1701. Zie ook de tekening hiernaast uit 1698, opgenomen in de Collectie Van Eeghen. Ze zijn alle door door Ludolf Bakhuizen (1631-1708) vervaardigd. Bij de tekening en de prent ligt de nadruk meer op de komende en gaande reizigers dan bij de voortekening.